Uitspraken Van Middelkoop over verlenging ISAF-missie vallen in verkeerde aarde

De uitspraken over de Nederlandse NATO-ISAF-missie in Uruzgan van minister Van Middelkoop zijn de Tweede Kamer in het verkeerde keelgat geschoten.

De minister van Defensie zei gisteren dat het kabinet neigt naar een voortzetting van de missie, mogelijk in afgeslankte vorm. Eerder deze week zag Van Middelkoop nog meer in het verschuiven van de missie naar Afrika.

Het kabinet beziet de mogelijkheid van een gewijzigde missie in Uruzgan, bijvoorbeeld in de vorm van een afgeslankte bijdrage met minder taken of een missie op een andere plek in het land. De kosten van de missie, 800.000 euro per dag, zijn op de langere termijn nog moeilijk op te brengen.

De VVD zag ook wel iets in het verlengen van de missie, maar eveneens onder andere voorwaarden.

Nederland gaat de omstandigheden bespreken met NATO-bondgenoten. Deze hebben zich in het verleden niet bereid verklaard om de taken van de Nederlandse ISAF-missie in Afghanistan over te nemen.

De Volkskrant schrijft dat volgens welingelichte bronnen Nederland diverse landen heeft gepolst om assistentie te verlenen. Dit zijn onder meer Noorwegen, dat al eerder “nee” had gezegd tegen voormalig minister van Buitenlandse Zaken Bot, en Letland en Georgië. Deze landen hebben om uiteenlopende redenen “nee” gezegd.

Australië, waarmee Nederland samen het ISAF-PRT in Uruzgan leidt, heeft wel toegezegd om meer troepen naar Afghanistan te sturen.

CDA en PvdA vinden dat de minister voor zijn beurt heeft gesproken. PvdA-er Van Dam zegt dat de uitspraken niet vallen te rijmen met het besluit dat er eerst nog onderzoek komt naar de wenselijkheid van verlenging van de missie.

Kamerlid Van Bommel van de SP noemt de uitspraken oliedom. Hij denkt dat geen enkel ander NAVO-land nu nog bereidwillig is om de missie over te nemen.

Aan het eind van de zomer wil het kabinet een definitief besluit nemen over een mogelijke verlenging van de missie. Het kabinet wil zelfs dat Nederland ook een “leading nation” blijft, aldus Van Middelkoop.

De Nederlandse premier Balkenende was tijdens zijn wekelijkse persconferentie terughoudender. Hij ziet drie mogelijkheden: terugtrekken, doorgaan in een andere vorm en doorgaan. Terugtrekken is volgens hem uitgesloten, dus ziet hij eigenlijk maar twee mogelijkheden.

Het kabinet zal op voorstel van de ministers van Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking een kennisgevingsbrief schrijven over de beslissing van het kabinet.

Momenteel zijn er ongeveer 1.500 Nederlanders gelegerd in Uruzgan. Verder zijn er Nederlandse eenheden gestationeerd in de hoofdstad Kabul en in de zuidelijke stad Kandahar.

Er zijn al 8 Nederlandse militairen om het leven gekomen in Afghanistan. Ook dat zal Balkenende meewegen in zijn beslissing

President Hamid Karzai, de NAVO, en ook afzonderlijke landen zoals de VS en Canada hebben Nederland gevraagd om in Afghanistan te blijven

Nederlandse troepen voeren veelvuldig strijd met vermoedelijke opstandelingen van de Taliban in Uruzgan, en Nederlandse Apache-gevechtshelikopters en F-16-bommenwerpers schieten veelvuldig hun ISAF-collega’s te hulp in andere delen van het zuiden van Afghanistan.

Afghanistan beleeft de bloedigste periode sinds het afzetten van het Taliban-bewind van Mullah Omar in 2001. In 2007 zijn er al 2.400 doden gevallen door gewelddadigheden in het Zuid-Aziatische land, en een oplossing voor de strijd lijkt niet in zicht.